dinsdag 23 juni 2015

Sportvoeding


Als ik fiets, eet ik normaal. Ik heb niks met de poedertjes, gelletjes, sportdrankjes, eiwitshakes. Nog nooit gebruikt. Soms gaat er een beetje dorstlesser in de bidon, maar dan gebruik ik maar de halve dosering van het recept en die bidon is vaak juist nog vol als ik weer thuis kom, liever drink ik water. En soms zo'n tabletje druivensuiker. Ik doe wel eens een poging om sportvoeding te kopen, dan sta ik voor het schap met sportvoeding in de fietsenwinkel en heb geen idee wat mee moet nemen. Zoveel soorten, zoveel merken, wat is het verschil? Waar heb ik het voor nodig? Dus zonder producten sta ik weer buiten, wel lekker goedkoop. Op een ritje van 100km eet ik, na een normaal ontbijt, niet meer dan 1 boterham met jam of Snelle Jelle en water. Na het fietsen wat magere yoghurt of kwark, gewoon echte voeding.

Maar na de langere inspanningen merk ik dat het moeilijk wordt. Mijn lichaam roept om voeding, en na mijn verantwoorde herstelvoeding, beland ik vaak in het onverantwoorde snaaitraject. Al tellende snap ik het wel, ik eet gewoon te weinig tijdens het fietsen. Ik denk dat ik aan calorieën nog niet de helft eet van wat ik verbruik en dat is dan inclusief de vaak onverantwoorde "herstel"voeding die ik na het fietsen nog naar binnen werk. Mijn maag verdraagt veel tijdens het fietsen, maar hoe langer de afstand, hoe meer moeite ik krijg om te eten en hoe kleiner de porties worden. En, die MacDonalds onderweg, geeft behalve calorieën, weinig brandstof om op te fietsen.

Tijd om wat nieuws te proberen. Ik ga aan de sportvoeding. Niet alleen sportvoeding natuurlijk, ik probeer onderweg zoveel mogelijk normaal te eten, maar als aanvulling. Nu stop ik mijn tas vol met broodjes, maar ik weet niet hoe ik dat in Frankrijk moet doen, stokbrood in de tas lijkt me niet zo handig. Bovendien stop ik straks liever wat extra kleding in mijn tas. 

Dus vandaag kwam er met de post een proefpakketje sportvoeding, diverse producten met een duidelijke handleiding hoe ik het moet gebruiken. Voor het fietsen, tijdens het fietsen, wie weet bestel ik als het bevalt nog wat voor na het fietsen. Ik ga met de komende ritten eens kijken wat lekker is. Als ik de reclames moet geloven ga ik er in elk geval een stuk harder van fietsen :) In elk geval neemt deze brandstof wat minder plek in in mijn tas dan al dat brood en heb ik na 1 dag geen geplette bananen en klef oud brood. En ik denk/verwacht dat ik bij Parijs-Brest-Parijs op de controlepunten en bij de bakkers en supermarken onderweg genoeg vers eten kan vinden. En mijn ervaring was dat je na 600km fietsen toch eet omdat je moet eten en niet omdat het allemaal nog zo lekker is. En dan ben ik pas op de helft……


De definitieve inschrijving voor Parijs-Brest-Parijs is gedaan. Starttijd 16 augustus om 18:15 uur, fietscontrole 15 augustus om 11:00 uur.

maandag 8 juni 2015

Weekendje fietsvakantie in Sauerland (brevet Zwolle 600km)


Het begon eigenlijk de hele week al met veel spanning. Een brevet naar Sauerland. Ik ben nog steeds zo bang met klimmen, ik ben er niet goed in, zelfs (vooral) niet in afdalen. En mijn grootste angst was dat ik een (groot) deel van die beklimmingen in de nacht moest doen. En ik zag zo op tegen de afstand. 600km is wel heel veel. En steeds spookte door mijn hoofd, 600km, waar begin ik aan? Dat was mijn grootste fout. Afstand moet je los kunnen laten. Dus ik probeerde er voor mezelf een positieve draai aan te geven: ik ga een weekendje fietsen in Sauerland, genieten van een mooie omgeving en tevens mezelf uitdagen en mijn kwalificatie voor PBP volbrengen.

Hier doe je het toch voor?
Dus zenuwachtig stond ik zaterdagochtend om 9 uur aan de start. Het eerste deel ging goed. Ik reed lekker in de groep mee. De wind stond gunstig en ik kon het tempo van rond de 30 km/uur goed volgen. Ik had mezelf voorgenomen om zelfstandig verder te gaan als het niet ging. Bij het 1e controlepunt viel de groep uit elkaar. Het tekentje van de controle stond een stukje verder op de GPS, dus een groot deel van de groep reed door. Ik ben lekker wat gaan drinken op het controlepunt bij het recreatiecentrum in Winterswijk. De eerste 90 km zaten er alweer op.  Daarna met Frank doorgereden. De wegen in Duitsland vind ik erg eng. Soms zit je te zoeken waar je moet fietsen, een fietspad afgeschermd van een weg met zwart/witte paaltje, hoe verzinnen ze het? Echt veilig voel ik me daar niet. Er staan 3 randonneurs een band te wisselen en we wachten even. Met z’n 5en rijden we weer door. Bovenaan de eerste klim staat de geheime controle. Ik geef de mannen aan dat ze gewoon door mogen rijden als ik hun klimtempo niet kan volgen. Zo snel klim ik niet en ik wil niks forceren door toch net iets sneller naar boven te gaan dan ik kan. Het is tenslotte nog een heel eind. En weer spookte door mijn hoofd: 600km…….

Na een tijdje rij ik dus toch alleen. Soms een stukje met Leo samen, soms weer alleen. Het is lastig om met het klimmen samen te fietsen. Zeker als we de echt lange klimmen in Sauerland tegen komen. Ik ken de Postbank, de Eltenberg en de Peeskesbult, ik heb af en toe wat in Limburg gefietst, maar dit is wel wat anders. Rond 20:00 uur kom ik de echte bulten tegen. Het gaat goed, de heuvels zijn niet stijl, maar gewoon echt lang. Voor mijn gevoel is het echt 10, 15 km omhoog om vervolgens via mooie overzichtelijke afdalingen weer naar beneden te gaan. Rond 22 uur stop ik even bovenop een berg om van de ondergaande zon te genieten en mezelf even van geschikte kleding voor de nacht te voorzien, zeker de afdalingen zijn erg koud!



Uiteindelijk rij ik in het donker dus toch alleen. Rustig berg op en daarna met steeds meer vertrouwen naar beneden. Thuis gekomen zie ik op mijn GPS dat ik toch topsnelheden boven de 60km/uur heb gehaald, dat is echt heel hard voor mij in het donker. Het fietsen in Sauerland in het donker, waar ik zo tegenop zag, is me erg meegevallen. Het was wel echt donker op veel stukken. Mijn verlichting deed het prima. De paaltjes langs de kant van de weg lichtte al ver voor me op zodat ik de bochten in de weg ver vooruit kon zien. Heel bijzonder om zo te fietsen.

Een stukje voor het controlepunt in Oelde wordt ik ingehaald door Harm, Bram en Rob. Ze waren Leo al gepasseerd en wisten dat ik ergens alleen moest rijden. Ik mocht meerijden, fijn, de nacht alleen vind ik toch wel eng. De klimmen worden wat minder lang en ik kom steeds niet heel lang achter ze boven. Toch wel fijn om weer een beetje gezelschap te hebben.

In Oelde stoppen we wat langer, er zit inmiddels 378 km op. De BurgerKing is helaas gesloten, we eten wat bij de benzinepomp. Ik heb helemaal niet het gevoel dat het half 4 in de nacht is als ik aan een broodje bockworst zit. Het is hier een drukte met de randonneurs, sommige hebben al wat geslapen. We zitten hier wat langer. Daarna nog een klein stukje naar het volgende stempelpunt in Munster. Even een kop koffie en weer verder. Het is alweer licht, maar dat is het moeilijkste punt van de nacht, het is zo koud!!!!!!!! In Oelde heb ik voor de kou al mijn regenjack aangetrokken, maar het blijft koud. En dan begint de slaap even toe te slaan. Goed op blijven letten dus. Maar als het zonnetje eenmaal goed door is, dan is de slaap ook weer snel verdwenen, het is altijd een half uurtje lastig om wakker te blijven.

Rond de 500/520 km gaat het helemaal mis met mij. Ik begin te malen, ben moe, mijn voeten gaan branden, ik heb last van mijn knie die toch behoorlijk beschadigd was bij een communicatiefoutje tussen mijn remmen en voeten. (Ik stond eerder stil dan ik mijn voet uit de pedaal kon krijgen en toch viel ik als in slow motion om.) En die 600km blijft door mijn hoofd malen. Ik zou niet meer in afstanden denken, maar ik ga nu in tijd denken (net zo fout) en het is nog zoveel uur fietsen. Het lijkt allemaal zo ver en zo onmogelijk. Ik zit al zoveel uren op de fiets en dan moet ik nog een paar uur. Bij de Holterberg zakt me de moed helemaal in de schoenen, vooral in die brandende voeten. Ik wil even van mijn fiets, gewoon heel even, de mannen willen door. Ik sukkel erachteraan, had ik beter niet kunnen doen. Maar we hadden vanaf Hengelo wind tegen en ik was bang om in mijn huidige toestand er alleen tegenin te moeten bikkelen. Zelfs stoppen spookte door mijn hoofd, echt stoppen met de finish in zicht. Enig overleg met mezelf: dat betekent of geen PBP of nog een keer 600km fietsen ipv alleen nog “maar” 35km doorzetten. Ik ga alleen verder, gooi op een handig plekje mijn fiets aan de kant, eet wat, drink wat, doe mijn sokken uit. Het helpt voor de motivatie en het helpt tegen de brandende voeten. Het lijkt wel of door de warmte zijn mijn sokken wat te strak gaan zitten. Brandende voeten heeft niks te maken met warmte, maar met drukpunten en doorbloeding. Ik spreek mezelf moed in en trek een eindsprintje die laatste 35km. Uiteindelijk stop ik nog een paar keer een paar minuten en kom slechts 10 minuten na Harm, Bram en Rob binnen, die helemaal verbaasd zijn dat ik er al ben.


Totaaltijd 33 uur en 5 minuten, effectieve fietstijd 30 uur en 9 minuten, gestopt: 2uur en 56 min, zo’n 3500 hoogtemeters, 595 km en prachtig mooi weer. Ruim voor het donker binnen, ik ben trots op mezelf!

maandag 1 juni 2015

Zwolle 400km


Vrijdag avond 22 mei stond ik om 20:00 uur klaar aan de start van het 400km brevet van Zwolle. De velo’s waren snel uit zicht en de rest van de groep reedt in een zeer aangenaam tempo van zo’n 28km/uur. Ik zat me te verbazen, dit is toch Zwolle, het Noorden van het land waar iedereen altijd hard rijdt…. Maar ik kon er niet over klagen, dit beviel me wel. Na 25 km zag helaas iemand het licht en trok het temp omhoog naar 31/32 km/uur. Niet echt een tempo waarin in met plezier 400km fiets. Dus na een tijdje achter de groep aanhangen vond ik het wel genoeg. Na 90km vond ik Leo bereidt om samen met mij ’s nachts op een schappelijker tempo door te rijden. Ik heb wat angst om alleen te rijden in de nacht. Al om 24:00 uur bereiken we het eerste stempelpunt in Leeuwarden, 111 km. Het lijkt minder donker dan vorig jaar, van vorig jaar herinner ik me alleen heel veel donker. Nu is er wel wat te zien.

We rijden een tijdje langs het kanaal en ik zie een perkje met stenen waar ik prima even kan zitten. We hebben er inmiddels 160km opzitten en het is 2:30uur. Eetpauze roep ik naar Leo, maar die ziet, als ervaren randonneur, een mooi terrasje aan de overkant van het kanaal in Zuidhorn. Het Veerhuis, ziet er gezellig uit, wel gesloten, helaas. Maar alle stoelen staan uitnodigend voor ons klaar. Ik zet mijn eigen proviand op tafel en geef mijn benen de nodige rust. 
Leo besluit te gaan slapen, maar daar vind ik het iets te koud voor, bovendien heb ik echt geen slaap. Hij creëert een mooi slaapplekje van 2 stoelen en is snel vertrokken. Na 20 min geef ik aan graag door te rijden. Leo heeft teveel last van slaap en blijft nog even achter. Nog 20km naar Groningen.

In Groningen (180km, 3:30uur), na een bak koffie en even de benen strekken bij de benzinepomp die ons stempels verstrekt, wil ik bijna verder rijden als er nog een randonneur aankomt. Hmmm, gezelschap, altijd goed. Ernst zegt dat hij inmiddels zonder verlichting rijdt, hij heeft alleen wat ledjes op de fiets om gezien te worden. Ik heb nog een goede lamp. Dus we gaan samen verder. Het valt tegen de accuduur van mijn lamp. Rond half 5 is hij leeg. Ik zat in Groningen te twijfelen, wel of geen batterijen wisselen, maar ik had geen zin in het gepruts met de lamp en dacht dat ik de ochtend wel zou halen. Maar het begint om half 5 al een beetje licht te worden.

Door naar Emmen, af en toe een korte stop. Lekker ontbijtje op een bankje langs het water. Heerlijk altijd in de ochtend. De slaap slaat nu wel een beetje toe, altijd een moeilijk moment als de zon weer op komt. Iets voor 8 bereiken wel Emmen. Helaas de Mac is nog dicht, toch maar terug naar de benzinepomp waar we al gestempeld hadden voor een sanitaire stop. Daarna begint het te regenen. Waar het bijna overal in het land droog lijkt te zijn, rijden wij in een steeds harder naar beneden komende regen. Mijn redelijk waterdichte jasje verruil ik later toch maar voor een regenjack. Het is koud, volgens mij ben ik ook niet zo gezellig. Het is wel mooi fietsen door de bossen in het Duitse stukje van de route. We schuilen nog even in een hutje langs de kant van de weg. Ik ben nat en koud en heb geen zin meer.

Tegen half 12 bereiken we Hengelo. Jee, wat is Hengelo groot. We waren Hengelo alweer uit en nog geen van der Valk gezien. En toen reden we Hengelo weer in, jippie, eindelijk een controle die geen benzine verkocht. Nat en verzopen lopen we de receptie bij van der Valk binnen en gelukkig, behalve een stempeltje, mochten natte en vieze fietsers ook plaats nemen in het restaurant. Even lekker eten, zitten, opwarmen en beetje drogen. Hier was ik aan toe! Buiten begint een voorzichtig zonnetje door te komen.

Weer uitgerust starten we voor de laatste loodjes, 75 km, over de Sallandse heuvelrug. Een mooi gebied en het is droog, wat wil een fietser nog meer. Helaas is het tempo er een beetje uit, het waait hard en vanuit een verkeerde hoek. Dus het is flink bikkelen tegen de wind in. Moe en voldaan komen we uiteindelijk om 16:33 uur in Zwolle aan. Terug in de auto kan ik mijn ogen niet meer open houden. Valt niet mee om een nacht door te fietsen. Maar na een lekkere maaltijd thuis, vroeg naar bed, sta ik de volgende ochtend weer aan de start bij de TC de Liemers om even rustig uit te rijden. Eigenlijk is deze tocht me 100% mee gevallen. De volgende ochtend geen spierpijn, geen zadelpijn, wel wat vermoeid, maar dat kan ook niet anders.


Op naar de 600km die start as zaterdag 9:00 uur, ook weer in Zwolle. Dan laat ik mezelf niet gek maken en ga gewoon vanaf het begin rustig fietsen, dan maar in mijn eentje. Maar hard fietsen in het begin, breekt me de laatste kilometers zo op. Wel spannend, in het donker door Sauerland. Ik heb nog nooit in Sauerland gefietst. En daarna, als ik natuurlijk ook dit brevet gehomologeerd krijg, kan ik me definitief inschrijven voor PBP.